Michael Dransfield werd geboren op 12 september 1948 te Sydney alwaar hij ook The Sydney Grammar School doorliep. Volgde nog kortstondig een studie Engelse taal & literatuur aan de University of New South Wales & Sydney University, maar kwam al snel tot de conclusie dat het studentenleven niets voor hem was. Na nog enkel maanden als kantoorklerk te hebben gefungeerd, dompelde hij zichzelf onder in de literaire wereld. Had af en toe nog wel eens een baantje, maar reisde het liefst door het land - altijd onderweg naar vrienden en collega poeten.
Dransfield schreef zijn eerste gedicht op zijn achtste, maar begon op regelmatige basis gedichten te produceren toen hij een jaar of veertien was. Hij schreef in die periode vooral lyrische poezie die al vroeg de aandacht trok, maar later kwam de nadruk steeds meer te liggen op zijn drugs experimenten. Zijn poezie werd voor het eerst in het midden van de jaren zestig gepubliceerd in de zogenaamde Underground Press. Zijn werk reflecteerde vaak de stem van het volk in een gemarginaliseerde samenleving. Hij experimenteerde met drugs en alternatieve levensstijlen, was een prominent lid van Sydney's subcultuur en een actieve actievoerder tegen de Vietnamoorlog. Hij had zelf ook een oproep ontvangen, maar was afgekeurd vanwege een slechte gezondheid.
De kwaliteit van zijn poezie bezorgde hem een steeds groter wordend publiek, en maakte van hem een van best gelezen dichters van zijn generatie, ondanks het feit dat hij doorgaans korte werken produceerde.
Dransfield's gedichten werden gepubliceerd in Meanjin, Southerly, Poetry Australie & Poetry Magazine . Zijn eerste poezie-bundel was Streets of the Long Voyage. Daarna zou hij nog twee bundels produceren, waaronder Drug Poems (Sun Books 1972) welke 't resultaat was van een door drugsgebruik geinspireerd poetisch experiment.
Tussen 1967 en 1969 correspondeerde Dransfield veelvuldig met Peter Kocan die gevangen had gezeten vanwege een poging federaal oppositie leider Arthur Calwell om het leven te brengen, maar zijn tijd nu doorbracht in Morrisset Mental Hospital. Een correspondentie die ook veel gedichten bevatte. Dransfield citeerde in deze correspondentie ook veelvuldig uit gedichten van anderen. De brieven geven verder een goed beeld van Dransfield's excensieve schrijfgedrag en een inzicht in zijn mentale staat en persoonlijke worstelingen in deze periode van zijn leven.
Begin twintig werd Dransfield veelvuldig geplaagd door een slechte gezondheid, Hij stierf in Mater Misericirdiae hospital te Sydney op Goede vrijdag 20 april 1973, slechts 24 jaar oud, Hij liet ongeveer duizend gedichten achter. Hoewel het vaak is aangenomen dat hij stierf aan een overdosis Heroine, meld zijn Biograaf Patricia Dobrez dat de bevindingen van de lijkschouwer spraken van een "acute broncho-pneumonia" en hersenbeschadiging. Daarnaast zou het feit dat hij afgekeurd werd voor militaire dienst tevens sugereren dat zijn onderliggende gezondheidsproblemen alreeds genoeg schade hadden veroorzaakt, nog voor hij veelvuldig met drugs begon te experimenteren. Maar gelukkig zal het toch altijd een raadsel blijven.
Parnassus mad ward
for libby
First day she hid in bed
under the covers. Then tried to climb up the wall.
On the third day she was telling a parable:
"there was a dead dog on a road. Rotting. Everyone thought
it ugly. But Christ said, "Its teeth, they are beautiful."'
Overcast Thursday, in the garden
she was picking flowers. 'I like pansies,' she said,
'my friends. They have faces.' Pressed one between the pages
of her sculpture book. It rained, we sat on a bench
beneath a maple whose starfish leaves swam in watery
afternoon. Wet grassblades green day everything green
the absolutest colour. Speaking later of Heine
wondering within myself how if poets become mad
there continues to be such colour and how
if gods shall have been discredited forgotten
there can still be innocents there can still be love.
---
Six months
for Paula
a smoke of tea
a fix
and a good lie
down
the doc gives me
six months to live
won't spend them
staying still
believe i'll
see some country
& love not left behind
---
shit
in the bluejean days
when acid was still legal
we used to sell shit for fourteen an
oz & everything was cool & the DS only had
three cops
now its thrity when you can
get it & the squad has thirty-two cops only we
call them pigs now & the heavies are getting all the
smolers busted so they can lay
smack on everyone
the perfect merchandise
customers for life
we know this cat
lives in Mombasa
where good shit's
dollar a kilo
asked him
what's it like living in Mombasa
been there a year & and he said
i don't know, man
---
meer gedichten vindt u hier
Dransfield schreef zijn eerste gedicht op zijn achtste, maar begon op regelmatige basis gedichten te produceren toen hij een jaar of veertien was. Hij schreef in die periode vooral lyrische poezie die al vroeg de aandacht trok, maar later kwam de nadruk steeds meer te liggen op zijn drugs experimenten. Zijn poezie werd voor het eerst in het midden van de jaren zestig gepubliceerd in de zogenaamde Underground Press. Zijn werk reflecteerde vaak de stem van het volk in een gemarginaliseerde samenleving. Hij experimenteerde met drugs en alternatieve levensstijlen, was een prominent lid van Sydney's subcultuur en een actieve actievoerder tegen de Vietnamoorlog. Hij had zelf ook een oproep ontvangen, maar was afgekeurd vanwege een slechte gezondheid.
De kwaliteit van zijn poezie bezorgde hem een steeds groter wordend publiek, en maakte van hem een van best gelezen dichters van zijn generatie, ondanks het feit dat hij doorgaans korte werken produceerde.
Dransfield's gedichten werden gepubliceerd in Meanjin, Southerly, Poetry Australie & Poetry Magazine . Zijn eerste poezie-bundel was Streets of the Long Voyage. Daarna zou hij nog twee bundels produceren, waaronder Drug Poems (Sun Books 1972) welke 't resultaat was van een door drugsgebruik geinspireerd poetisch experiment.
Tussen 1967 en 1969 correspondeerde Dransfield veelvuldig met Peter Kocan die gevangen had gezeten vanwege een poging federaal oppositie leider Arthur Calwell om het leven te brengen, maar zijn tijd nu doorbracht in Morrisset Mental Hospital. Een correspondentie die ook veel gedichten bevatte. Dransfield citeerde in deze correspondentie ook veelvuldig uit gedichten van anderen. De brieven geven verder een goed beeld van Dransfield's excensieve schrijfgedrag en een inzicht in zijn mentale staat en persoonlijke worstelingen in deze periode van zijn leven.
Begin twintig werd Dransfield veelvuldig geplaagd door een slechte gezondheid, Hij stierf in Mater Misericirdiae hospital te Sydney op Goede vrijdag 20 april 1973, slechts 24 jaar oud, Hij liet ongeveer duizend gedichten achter. Hoewel het vaak is aangenomen dat hij stierf aan een overdosis Heroine, meld zijn Biograaf Patricia Dobrez dat de bevindingen van de lijkschouwer spraken van een "acute broncho-pneumonia" en hersenbeschadiging. Daarnaast zou het feit dat hij afgekeurd werd voor militaire dienst tevens sugereren dat zijn onderliggende gezondheidsproblemen alreeds genoeg schade hadden veroorzaakt, nog voor hij veelvuldig met drugs begon te experimenteren. Maar gelukkig zal het toch altijd een raadsel blijven.
Parnassus mad ward
for libby
First day she hid in bed
under the covers. Then tried to climb up the wall.
On the third day she was telling a parable:
"there was a dead dog on a road. Rotting. Everyone thought
it ugly. But Christ said, "Its teeth, they are beautiful."'
Overcast Thursday, in the garden
she was picking flowers. 'I like pansies,' she said,
'my friends. They have faces.' Pressed one between the pages
of her sculpture book. It rained, we sat on a bench
beneath a maple whose starfish leaves swam in watery
afternoon. Wet grassblades green day everything green
the absolutest colour. Speaking later of Heine
wondering within myself how if poets become mad
there continues to be such colour and how
if gods shall have been discredited forgotten
there can still be innocents there can still be love.
---
Six months
for Paula
a smoke of tea
a fix
and a good lie
down
the doc gives me
six months to live
won't spend them
staying still
believe i'll
see some country
& love not left behind
---
shit
in the bluejean days
when acid was still legal
we used to sell shit for fourteen an
oz & everything was cool & the DS only had
three cops
now its thrity when you can
get it & the squad has thirty-two cops only we
call them pigs now & the heavies are getting all the
smolers busted so they can lay
smack on everyone
the perfect merchandise
customers for life
we know this cat
lives in Mombasa
where good shit's
dollar a kilo
asked him
what's it like living in Mombasa
been there a year & and he said
i don't know, man
---
meer gedichten vindt u hier
Geen opmerkingen:
Een reactie posten