donderdag 15 december 2011

Forough Farrokhzad, Iran (1935-1967)



Forough Farrokhzad, die op 5 januari 1935 te Teheran geboren wordt als dochter van een legerofficier, was een Perzisch dichteres en filmmaakster. Samen met Parvin E'tesami en Simin Behbahani wordt ze beschouwd als de bekendste moderne dichteressen van Iran. Haar gedichten zijn voor een groot deel gebasseerd op haar eigen leven.

In navolging van haar vader ontwikkelt Farrokhzad al op jonge leeftijd een grote interesse in de poëzie. Op de middelbare school heeft ze kunst als hoofdvak, maar ze zal haar opleiding niet afmaken, aangezien ze verliefd wordt op haar haar achterneef Parviz Shapoor, met wie ze in 1951 zou trouwen. Haar familie is hier op tegen vanwege de leeftijd van de neef. Na een jaar wordt haar eerste en enige zoon geboren.In 1954 strandt het huwelijk.

Ze debuteert met de dichtbundel 'De gevangene' ('Asir') (1955) waarin ze haar leven tot dan toe bespiegelt. Later krijgt ze een inzinking en wordt ze opgenomen.

Voor een periode van negen maanden vertrekt Forough Farrokhzad in 1956 naar het buitenland. Ze volgt filmcursussen in Duitsland en Italië. In dat jaar verschijnt ook de bundel 'De muur' ('Divar') die ze opdraagt aan haar voormalige echtgenoot. In 1958 verschijnt 'Opstand' ('Esian') waarmee ze haar naam gevestigd ziet. In datzelfde jaar maakt ze kennis met filmmaker Ebrahim Golestan met wie ze een relatie krijgt.

In 1962 maakt ze een documentaire over een leprakolonie, getiteld 'Het huis is zwart', waarmee ze verschillende internationale prijzen wint.



In 1963 produceerde UNESCO een dertig minuten durende film over Forough Farrokhzad. Ook Bernardo Bertolucci kwam naar Iran om haar te interviewen en besloot een vijftien minuten durende film te maken over het leven van de dichteres.

In 1964 komt haar hoofdwerk 'Opnieuw geboren' ('Tavallodi digar') uit. Deze bundel kenmerkt een keerpunt in zowel vorm als inhoud van haar schrijven. Persoonlijke bespiegelingen maken plaats voor universele. De uitgave bevat gedichten van de afgelopen zes jaar.

Forough Farrokhzad overlijdt op 13 februar 1967 aan de verwondingen die ze had opgelopen tijdens een auto-ongeluk in Darrus, Iran.

bron : Wikipedia







Border Walls

Now, again in the silent night,
sequestrant walls, border walls
like plants entwine,
so they may be the guardians of my love.

Now, again the town's evil murmurs,
like agitated schools of fish,
flee the darkness of my extremities.

Now, again windows rediscover themselves
in the pleasure of contact with scattered perfumes,
and trees, in slumberous orchards, shed their bark,
and soil, with its thousand inlets
inhales the dizzy particles of the moon.

***
Now
come closer
and listen
to the anguished beats of my love,
that spread
like the tom-tom of African drums
along the tribe of my limbs.

I, feel.
I know
which moment
is the moment of prayer.

Now stars
are lovers.

In night's refuge,
from innermost breezes, I waft.
In night's refuge, I
tumble madly forth
with my ample tresses, in your palms,
and I offer you the equatorial flowers of this young tropic.

Come with me,
come to that star with me
that is centuries away
from earth's concretion and futile scales,
and no one there
is afraid of light.

On islands adrift upon the waters, I breathe.
I am in search of a share in the expansive sky,
void of the swell of vile thoughts.

Refer with me,
refer with me
to the source of all being,
to the sanctified center of a single origin,
to the moment I was created from you
refer with me,
I am not complete from you.

Now,
on the peaks of my breasts,
doves are flying.
Now,
within the cocoon of my lips,
butterfly kisses are immersed in thoughts of flight.
Now,
the altar of my body
is ready for love's worship.

Refer with me,
I'm powerless to speak
because I love you,
because "I love you" is a phrase
from the world of futilities
and antiquities and redundancies.
Refer with me,
I'm powerless to speak.

In night's refuge, let me make love to the moon,
let me be filled
with tiny raindrops,
with undeveloped hearts,
with the volume of the unborn,
let me be filled.
Maybe my love
will cradle the birth of another Christ.


Vertaald door Layli Arbab Shirani




The Wind Will Take Us

In my small night, ah
the wind has a date with the leaves of the trees
in my small night there is agony of destruction
listen
do you hear the darkness blowing?
I look upon this bliss as a stranger
I am addicted to my despair.

listen do you hear the darkness blowing?
something is passing in the night
the moon is restless and red
and over this rooftop
where crumbling is a constant fear
clouds, like a procession of mourners
seem to be waiting for the moment of rain.
a moment
and then nothing
night shudders beyond this window
and the earth winds to a halt
beyond this window
something unknown is watching you and me.

O green from head to foot
place your hands like a burning memory
in my loving hands
give your lips to the caresses
of my loving lips
like the warm perception of being
the wind will take us
the wind will take us.



Gift


I speak out of the deep of night
out of the deep of darkness
and out of the deep of night I speak.

if you come to my house, friend
bring me a lamp and a window I can look through
at the crowd in the happy alley.


Vertaald door Ahmad Karimi Hakkkak

Geen opmerkingen: