maandag 27 mei 2013

Kole Nedelkovski, Macedonië (1912-1941)




Kole Nedelkovski was een Macedonische, Bulgaarse dichter die op 16 december 1912 te Vojnica in het Ottomaanse Rijk geboren werd.

Hij begon aan de middelbare school te Veles, maar moest voor het einde van het jaar de school weer verlaten aangezien zijn ouders het geld niet langer bijeen konden brengen.

Hij werd leerling bij een huisschilder te Skopje alwaar hij tevens lessen volgde op een avondschool. In die periode begon hij ook belangstelling te krijgen voor Macedonische volksverhalen, taal, begon hij met het schrijven van poëzie en las hij alles wat hij maar in handen kon krijgen. Daarnaast raakt hij betrokken bij de arbeidersbeweging en nam hij deel aan verschillende activiteiten waardoor hij steeds meer op belangstelling van de servische politie kon rekenen.

Hierop vertrok hij naar Sofia, alwaar hij zich aansloot bij de Bulgaarse Communistische Partij en deel uit begon te maken van de Macedonische literaire kring aldaar. Ook in Sofia werd hij in verband met zijn activiteiten sterk door de politie in de gaten gehouden.

Op 2 september 1941 overleed hij na een sprong uit een zolderraam. De ene bron spreekt over zelfmoord, terwijl een andere bron het er op houdt dat hij er door Bulgaarse politie uit is geduwd/gegooid.

Zijn gedicht "een stem uit Macedonië" wordt gezien als één van de meest beroemde revolutionaire gedichten in de Macedonische literatuur.

Zijn poëzie beschreef het moeilijke leven van het Macedonische volk voorafgaande aan de tweede wereldoorlog & vereerde het communisme.

Nedelkovski publiceerde tijdens zijn leven twee bundels "M'skavci" (Bliksem) (1939) & "Pesh po svetot" (Te voet rond de wereld) (1941)

    In an alien Land

    Burst, sky, burst
    into full fire, into flame,
    scatter, scatter wildly
    through that darkened land.

    And should you somewhere see
    a girl with sorrowful cheek,
    take pity, calm her heart
    and cheer her with hope.

    For I am far off -
    a wideness wide divides us,
    but deep in our young breasts
    a sweet memory remains.

    Oh! but that road still winds,
    the accursed sun has passed by,
    a blizzard surrounds my sense,
    oh! love, this alien land.

    Will I always live so -
    alien land, sharpest pain,
    and never bring home my youth
    to my love, my deep joy.

Geen opmerkingen: